Geen schending art. 7:213 BW wegens het ontbreken van hoofdverblijf of ongebruikt laten van een woning (JHV 2021/14) - Stadhouders Advocaten
Home Publicaties Geen schending art. 7:213 BW wegens het ontbreken van hoofdverblijf of ongebruikt laten van een woning (JHV 2021/14)

Geen schending art. 7:213 BW wegens het ontbreken van hoofdverblijf of ongebruikt laten van een woning (JHV 2021/14)

Rechtbank Amsterdam
21 januari 2021, 8554283 CV EXPL 20-9714,
ECLI:NL:RBAMS:2021:133
(mr. Y.A.M. Jacobs)

Noot mr. Clemens Mesker

Woonruimte. Hoofdverblijf. Onderhuur.
Toegelaten instelling.
[BW art. 6:265, 7:213]

Huurder verblijft als ontwikkelingswerker regelmatig in het buitenland en heeft gedurende enige tijd de woning onderverhuurd. De rechter oordeelt dat geen sprake is van een contractuele verplichting tot het hebben van hoofdverblijf of schending van art. 7:213 BW. Verhuurder is geen toegelaten instelling met een maatschappelijk belang. De verboden onderhuur wordt vanwege de beperkte duur van onvoldoende gewicht geacht om de ontbinding te rechtvaardigen.

Lees meer over